Voor kamerplanten zijn lente en de zomer een behoorlijk drukke tijd. Planten, zoals bijvoorbeeld een kentia palm, kunnen worden overgepot, bemest en er zijn veel nieuwe bladeren en takjes te zien. Dergelijke grote veranderingen zijn er minder aan het begin van de koelere seizoenen, te beginnen met de herfst. In deze tijd beginnen onze planten hun groei te vertragen en gaan ze, terwijl wij de donkere, kortere dagen en de koelere temperaturen ervaren, zich nestelen voor de rustgevende slapende periode die voor ze ligt. Hier verdelen wij onze belangrijkste verzorgingstips in vijf eenvoudige stappen om jouw planten in deze periode te laten gedijen.
1. Geef de planten minder water
Als we de herfst ingaan en de temperatuur afkoelt, neemt ook de behoefte aan water van je planten af. Het water zal langzamer dan in de warmere maanden uit hun grond verdampen, dus let goed op hoe snel ze het opgebruiken en pas jouw bewateringsschema hierop aan. Dit betekent niet dat planten niet dagelijks water nodig hebben, maar alleen dat jouw gebruikelijke bewateringssessies minder frequent moeten zijn. Als algemene richtlijn kun je het beste wachten tot de bovenste potgrond droog is (ongeveer drie centimeter) voordat je weer water geeft. (Natuurlijk hebben alle planten verschillende behoeften, dus onderzoek wat jouw individuele plant nodig heeft). Een monstera gatenplant hoef je bijvoorbeeld maar twee keer per week water te geven. Als de potgrond te lang nat blijft, kan het ook de perfecte plek voor schimmelmuggen zijn om te gaan broeden, wat een veel voorkomende plaag is, die in de koudere maanden zijn lelijke kop kan beginnen op te steken.
2. Geef niet te veel plantenvoeding
Een biologische plantenvoeding is geweldig om de voedingsstoffen van een plant aan te vullen, maar je kunt dit het beste doen in de lente/zomer doen, wanneer de plant in de groeifase zit. Maar wanneer de groei is gestopt, vooral in de winter, kan de plantenvoeding gemakkelijk de wortels beschadigen. Als je in de herfst het toch voorzichtig wilt proberen, probeer dan de plantenvoeding te verdunnen en kijk hoe jouw plant hierop reageert.
3. Geef jouw planten een opfrisbeurt
De start van een nieuw seizoen is een goed moment om even stil te staan en te bekijken hoe jouw planten zich voelen. Geef ze een beetje aandacht; trim en snoei waar nodig en verwijder alle lelijke, droge, vergelende of bruine bladeren plus eventuele eigenzinnige uitgroei, die in de zomer is verschenen. Veeg de bladeren voorzichtig met een vochtige doek (aan beide kanten) af en controleer op ongedierte en behandel dit waar nodig.
4. Veranderend licht en temperatuur
Naarmate de dagen korter, donkerder en koeler worden, loont het de moeite om te bekijken hoe dit het licht en de temperatuur in ons huis beïnvloedt. Planten houden niet van dramatische temperatuurschommelingen, dus houd hier rekening mee en plaats ze uit de buurt van tochtige ramen en deuren. Overweeg ook om sommige planten te verplaatsen, zodat ze wat extra zonnestralen kunnen opvangen of een helderder uitzicht hebben. Vergeet niet om de verwarming en de open haard in de gaten te houden – misschien moet je een plant verplaatsen om te voorkomen dat de warmte deze beschadigt? Een centrale verwarming en open haarden kunnen bij sommige planten schade aanrichten, hun bladeren laten uitdrogen en de randen bruin maken. Om dit te voorkomen, moet je de luchtvochtigheid verhogen door jouw planten om de paar dagen te besproeien.
5. Verpot geen planten
Als je de kans hebt gemist om je plant in de lente te verpotten, kun je dat het beste zo laten, geduld hebben en dat uitstellen tot de volgende lente, want dat is het ideale moment om dat te doen. Het verpotten kan een grote verandering voor onze planten zijn en het is een taak, die het beste kan worden uitgevoerd tijdens de groeiperiode wanneer de plant vol vertrouwen kan uitgroeien in zijn nieuwe thuis.